Op de benzinetank van zijn Moto Guzzi V7 zet Graziano Rossi, de vader van de legendarische GP-coureur Valentino Rossi, drie handtekeningen. Journalist Paul van Hooff weet dan nog niet hoe hard hij deze zegen van de Godfather van de motorsport later nog nodig zal hebben.
De reis is op voorhand krankzinnig lang, de hindernissen onvoorspelbaar groot, en dan vertrekt hij ook nog eens in de winter, op zijn trouwe ‘Guus’ uit 1975. Niets blijft de avonturier bespaard. Met huilende wolven op de achtergrond slaapt hij bij min twintig graden in zijn tentje in de Armeense bergen. Hij trekt een tijdje op met een Iraanse mensensmokkelaar, en ontwaakt in Wolgograd op de intensive care. Als hij in Siberië het leven redt van een zeventienjarige jongen, roepen de Russische media hem uit tot held.
Maar telkens stapt hij weer in zijn zadel, en komt Tokio steeds dichterbij.
Paul van Hooff was omroep- en motorjournalist voordat hij Nederland verliet en met zijn Moto Guzzi V7 ging reizen van de noordelijkste plaats in Alaska naar de zuidelijkste punt in Argentinië. Over die reis verscheen het alom geprezen boek Man in het zadel (2014), waarvan meer dan 10.000 exemplaren zijn verkocht.
Paul van Hooff maakte als schrijver en avonturier naam met de door lezers en media bejubelde reisboeken Man in het zadel en Van hier tot Tokio. De coureur is zijn eerste roman. Hij woont in Sucre (Bolivia) met zijn tweeling Santiago en Sebastian.
Terug